Om 6u15 gaat de wekker af. Een kwartier later rol ik uit bed. Het ontbijt is soms een boterham met confituur - Peta heeft goed geobserveerd tijdens haar verblijf in Gent - of soms gekookte stukken yam (paarse patat) of pompoen met een vleugje zout. Om 7u ’s morgens wandel ik de deur uit. Met of zonder ontbijt. Langs de Kwetu pub en Pharmacist centre naar de hoofdweg. De douche – of het gooien van koud (niet erg in deze temperaturen) water over mij met kleine emmertjes, want de douche heeft niet genoeg druk om te stromen – die ik genomen heb, is al niet meer zichtbaar aan mijn voeten. De zanderige weg heeft immers de kleur aangenomen van de houtskoolvuurtjes. Of ze het nu geveegd hebben of niet. Aan de hoofdweg wacht ik nu op mijn eerste daladala. In mijn handen mijn boek en notitieboekje en 300 Tsh (ongeveer 0,15 eurocent) voor deze reis. Die brengt me naar een groot kruispunt, Moroco genaamd. Ik steek over en wacht op de volgende daladala, die naar Masaki. Of eerder naar Msasani peninsula waar de lokatie is van mijn lessen. Opnieuw haal ik 300 Tsh boven. Tegen tien voor acht arriveer ik in Slipway. In een mum van tijd dus. Ze klagen hier over verkeersopstoppingen. Ha! Moest ik toch effe hartelijk lachen. Twee jaar geleden startte de file al een paar meter verderop de bushalte tot aan mijn afstaphalte. Bon, alles is perceptie natuurlijk en het is wel degelijk aanschuiven.
Ik wandel na de afstaphalte van de tweede bus, aan Fitness Center, nog een minuutje of vijf. Wederom in zwart zand, want langs de kant van de zandwegelingetjes koken vrouwen mandazi (oliebolachtig, maar in de vorm van een driedimensionale driehoek), chapati en kasava (aardappelsmaak). De geur van de houtvuurtjes komt me dus elke morgen tegemoet.
Slipway branch is een plaats in Msasani peninsula. Het ligt aan het water, heeft een speeltuin, aanpalend hotel, een terrasrestaurant, winkeltjes, een soort souk, een bank en wisselkantoor, een ambachtelijke bakker, een supermarkt en een brasserie. De prijzen zijn beduidend hoger. Dat is ook niet moeilijk, want het is duidelijk een ontmoetingsplaats voor de expats van Tanzania. Zo kan je Nutella en Frère Rochers vinden voor respectievelijk 3,5 euro en 8 euro. Onze prijzen dus. Eigenlijk loop ik die supermarkt tijdens de pauze enkel binnen om gezouten droge gefrituurde bananenschips en Azam-fruitsapjes te halen. Sapjes van het Azam-imperium. Stinkend rijk is die mens. Een van zijn bezittingen is de aanmeerplaats voor de boten naar Zanzibar. Ik moet er geen tekeningetje bij maken, denk ik.
Pure rijkdom lijkt iets zeldzaam, maar als je als zakenman enkel in en rond het stadscentrum – dat eigenlijk vooral te situeren is rond de koridor aan de kustlijn – vertoeft en er niet buitengaat, heb je echt wel een waw-gevoel bij de stad. Gigantische sjieke, nieuwe gebouwen (zie foto's vorig bericht). Er wordt duidelijk geïnvesteerd in gebouwen. Je ziet ook oude Swahili-huizen, te vergelijken met de pasha-huizen uit het Ottomaanse Rijk aan de waterkant van de Bosporus. Mooie oude moskeeën, jaartallen op de gebouwen (vooral 1930er) en allerlei gekleurde gevels in het straatbeeld. Pastelkleuren zoals in Zuid-Amerika.
Om 12u eindigt de les en leg ik opnieuw dezelfde weg af, uiteraard in omgekeerde richting. Een uur later ben ik terug in de patio. Ik verkleed me in een topje en shirt overlapt met een blauwe kanga (stuk stof met bantu/ Swahili-motieven). Peta en Alex zijn uit werken, maar Razaro, Alex’ broer is aanwezig. Hij volgt volwassenavondonderwijs. Als achtste van negen heeft hij nooit de kans gehad zijn humaniora af te maken. Nu, jaren later investeert zijn broer in zijn opvoeding. Zijn vrouw en drie zonen zijn achtergebleven in het dorp.
Razaro en ik zijn zo tot een stilzwijgende overeenkomst gekomen dat we ongeveer om beurten de afwas doen van de dag ervoor. Grappig. Als de keuken er opnieuw deftig uitziet, zet hij water op, water dat erna afgekoeld wordt en als drinkbaar water dient, en maakt hij de eerste potten opnieuw vuil en kookt hij middageten. Niet echt meer middag, want tegen dat we dat opeten is het meestal al 15u. Bon, dat is niet zo erg, want het avondeten wordt pas tegen 21u opgediend. Peta kookt ’s avonds, maar zet zich dan ostenatief in de zetel. De mannen ruimen af. Heerlijk om te zien. Ja, ik mag mijn benen onder tafel schuiven. Heel fijn. Ik moet er wel bijnemen dat het bijna dagelijks ugali (puree-achtige brei, gekookt van maïsbloem en water) is met iets anders. Nu ja, alle dagen patatten met iets erbij is waarschijnlijk voor hen even zot en saai. Af en toe is er rijst en vorige vrijdag kookte Peta speciaal voor de gast, yours truly, spaghetti. Best lekker. Eigenlijk is het eten lekker. Alleen mis ik zo af en toe eens olijven en een soepje. Vreemd, want het is hier om en bij de 30 graden en de ventilator draait overuren.
Tussendoor maak ik huiswerk, bekijk ik wat woordenschat, lees ik, mail ik of schrijf ik aan vanalles en nog wat. ’s Avonds staat de tv aan. En de programmatie geeft wel een inzicht in het een en ander.
Zo heb je Isidingo, een Zuid-Afrikaanse serie, Soy tu dueño, een gedubde Zuid-Amerikaanse serie of Nigeriaanse (Nollywood, weet je nog van 2010?) series. Daarnaast heb je ook de talentenjacht Epiq Bongo Star Search met supergrappige juryleden. Twee vrouwen, Madame Rita Paulsen en Salama, en een man, Master J. Gisterenavond stak er een kandidaat na zijn liedje een salamander in zijn mond. De twee vrouwelijke juryleden waren al schreeuwend van hun zitje gelopen. Thuis rolde Alex van de sofa van het lachen. Razaro kwam niet meer bij. Die eerste rondes zijn bij ons ook o zo grappig. Herinner je je nog die met de handbewegingen van flapperende olifantenoren? Jammer genoeg zitten er ook schrijnende verhalen tussen.
Ze schuwen dit trouwens niet op tv. Zo heb je bijvoorbeeld een advertentie – of eerder een soort boodschap van algemeen nut – die adviseert om een verkrachting aan te geven en naar het ziekenhuis te gaan voor een check-up. Deze advertentie start met een schoolmeisje dat door een gemaskerde man in de maïs getrokken wordt. Vriendjes arriveren iets later en vinden haar rugzak en even later het meisje wenend en ineengedoken. Er ontstaat een discussie onder de vrienden. Enen zegt van het zo te laten, een andere jongen geeft de eigenlijke boodschap mee: ziekenhuis en politie. Straf stukje tv.
Voorts worden ’s morgens de titels van de meeste krantenartikels voorgelezen. Ze voegen er tevens de korte inhoud aan toe. Ook de parlementszittingen vanuit de politieke hoofdstad Dodoma worden live uitgezonden. Weinig reclame eigenlijk, of op vreemde momenten zoals middenin een nieuwsuitzending. Mij hoor je niet klagen. Haha.
Tegen 22u – 22u30, of eerder ‘saa 4:00 usiku’ oftwel ‘4u ’s avonds’ daar net zoals in Ethiopië de uurregeling anders loopt, vallen mijn oogjes langzaam toe. Lala salama (slaapwel)!
2 opmerkingen:
Wat?! Zitten ze daar ook al met een ander uur?! Nu ga je zeker nooit meer de tijd correct weten... :p
Dag Tine,
Klinkt heerlijk vertrouwd... geniet ervan nu je kan!
Met liefs,
Emilie
Een reactie posten